vrijdag 17 december 2010

Ondersteboven

Halssnoeren in de straat
en de vragen
en antwoorden van zon
het meeuwenkleed.
Ik zeilde langs de bron
en alle vogels zeiden
dat dit de mooiste plek was
de enige, het midden.
Ik werd een vreemde psalm
met klank als continent
- alleen onderweg
langs oervermoedens in de landen.


Buiten de zeekant
ondersteboven
ben ik verdronken.
Of zo dacht ik
maar fabeldieren redden mij
en ontredderd maar vreemd sterker
sloeg ik de hand weer aan de dag


1967. Jeugdwerk

Geen opmerkingen:

Een reactie posten