vrijdag 17 december 2010

Gedichten bij tekeningen van Frank De Roover

Als de mensen van de sneeuwcirkel
en het volk van de regenboog
slapen, willoos zijn en niet kijken
maakt de maan zijn zelfportret
en schildert zichzelf
als een elf van gevleugelde bloemen.

Waar ik stengel
waar ik bloem
vertrekt de zon van mij
komt uit mij de droom
en de omgeving
die zichzelf bekijkt
bewondert.

Op mijn verdwijnend paard
zit kalm een mens
die zich naar mij noemt
en gedraagt.
Ik ben vergeten hoe
maar ik verliet hem
terwille van een wolk
die de lucht wel zo goed kende
dat zij vrienden werden.

Ben jij uit mijn hoofd gegroeid
of kwam ik uit jouw voet ?
wie van ons staat op de grond
of zijn we wortel en plant ?
en niemand ziet wie wat is.
(alleen jouw onverbiddelijk lijf
  weet hoe wij zo werden)

De luciferdoos van de hemel
heeft al mijn kinderen opgeslokt
pas veel later zijn ze gevallen
om in de rivier van de nacht te zijn.
In de ochtend vond ik hen dood.



1968.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten