vrijdag 8 juli 2011

Paroketh en de Schaduw (over kabbalistisch padwerk)

Dit is een vertaling en verdere uitwerking van het eerder geblogde All Saints' Day Revisited.



- Sommigen sterven liever dan te veranderen.



Inleiding

Eén definitie van magie is, een systeem dat veranderingen op gang brengt door wil (skracht). Omdat deze veranderingen zich meestal in het eigen bewustzijn voordoen kan de magie terecht beschouwd worden als een voorloper van de psycho-therapie, psychanalyse en al wat zich daaruit nog ontwikkeld heeft.
In deze eeuw hebben meerdere magiërs gewezen op het nut van de combinatie magie/psychanalyse.
De Freudiaanse invalshoek zou hier slaan op het onderste deel van de Boom (Nefesh) terwijl hogerop betere resultaten kunnen behaald worden binnen de parameters van het werk van Jung, Maslow, Rogers, Löwen etc. Deze schets beweegt zich in de buurt van het Jungiaanse werk met de Schaduw en plaatst
dit tegen een magico-kabbalistische achtergrond. De Schaduw in de Jungiaanse zin van het woord en het Satanische, of Baphomet, zijn niet hetzelfde. Spreken over goed en kwaad heeft hier geen zin. Eerder licht en donker, een volledig etmaal. De Schaduw en het Ideaalbeeld beginnen waar Baphomet en de Heilige Engelbewaarder hun juiste dynamisch evenwicht in de realiteit ontzegd worden.
De begrippen Engel, Engelbewaarder of Heilige Engelbewaarder komen uit de magische traditie zoals die thans hoofdzakelijk in de angelsaksische landen in publicaties uitgebouwd wordt. In die cultuur die protestants was en vaak nog is heeft het woord Engel niet de geladenheid van onze katholieke zondagsschoolbroeierigheid. Het is belangrijk dit voor ogen te houden omdat het hier een sleutelbegrip betreft.
Waarschijnlijk is intuïtie het belangrijkste werktuig voor de magiër. En wie is ten slotte magiër ? Eender wie toch die zich in alle integriteit engageert in een langdurig proces van zo totaal mogelijke transformatie. De intuïtie is de Atzilutische inbreng bij het Werk. Zij sijpelt doorheen de persoonlijke Boom en wordt onderkend in dromen, flitsen van inzicht, paradoxale inspiraties die moeilijk te duiden zijn maar waarmee naar best vermogen rekening gehouden wordt met het oog op de vervolmaking van het Werk.
Anderzijds kan de intuïtie ook beschreven worden als de vaag aangevoelde interactie tussen Hod en Netzach zoals die gesynthetiseerd wordt in Yesod, de plaats van het ego. Strikt genomen is dit geen hoger bewustzijn maar een herschikking van de mentale en emotionele vermogens in een ritmische focus die de basis zal worden van het hoger bewustzijn of het Zelf in Tiphareth.
Om het bewustzijn in de gedeeltelijke volkomenheid van Briah te tillen moet het tot veelomvattend onderscheid komen. Hiervoor moet men doorheen de sluier van Paroketh waar de intuïtie op haar kwaliteiten wordt getest. Deze test is drievoudig en ik doe een poging mijn begrip van dit proces te omschrijven. Het is voor mij altijd onbegrijpelijk geweest dat in de kabbalistische literatuur haast geen verwijzingen naar Paroketh te vinden zijn, de meeste auteurs zeggen er niets over, anderen vernoemen de Sluier maar situeren hem op absurde plaatsen op de Boom, terwijl voor de persoonlijkheid in wording, t.t.z. tijdens haar integratie, deze overgang zoveel belangrijker is dan die van de Buitenste Afgrond (the Abyss, tussen Briah en Atziluth). Een verklaring voor het stilzwijgen omtrent Paroketh ligt mogelijk in het feit dat de meeste publicaties i.v.m. kabbalistische magie verschenen zijn tijdens de laatste 100 jaar, waarbij één figuur zijn stempel op veel van dit gebeuren heeft gedrukt, namelijk Aleister Crowley. Zonder afbreuk te willen doen aan sommige van diens inzichten is het moeilijk, zoniet onmogelijk zijn bij tijden haast weerzinwekkende ego-inflatie over het hoofd te zien. Gepaard gaande aan een overduidelijke sado-masochistische inslag, zouden deze onevenwichten in zijn Werk er toe geleid kunnen hebben dat Paroketh en de Abyss met elkaar verward werden. Vanuit het ego gezien is het nu eenmaal begeerlijker zich een positie en een 'graad' hoog op de Boom aan te meten. Het bewustzijn dat Paroketh in toto geassimileerd heeft en zich daadwerkelijk in Tiphareth, d.w.z. Briah, gevestigd heeft met het daarbij horende dynamische evenwicht tussen alle impulsen in zijn/haar persoonlijkheid (hier Geburah en Chesed) is zeer zeldzaam, verfijnd en men zou haast kunnen zeggen half vergoddelijkt. Boedhisten zouden hier van quasi-boddhisattva's gewagen, christenen van geactualiseerd Christusbewustzijn (klassiek en terecht geassocieerd met Tiphareth zoals overigens ook Osiris). Speculatie omtrent Atziluth, voorbij de Abyss dus, lijkt mij louter hypothetisch bijgevolg blijf ik bij mijn persoonlijk gevoel en de intuïtie dat veel van wat in de literatuur over de Abyss gezegd wordt in feite Paroketh betreft. Dit lijkt nog aannemelijker wanneer men het hele gegeven op de Jacobsladder beschouwt, de Abyss van Yetzirah wordt dan de Paroketh van Briah und so weiter. In elk geval blijft het zo dat het beheersen van Paroketh en de vrije doorgang erdoorheen de hoeksteen is van vruchtbare transformatie. De toegang hier is gratis maar binnengaan IS hoedanook betalen !


Paroketh en de Schaduw

Elke kabbalist met zin voor verantwoordelijkheid onderscheidt drie "Satanische" tempels op de Boom. Zij komen overeen met drie stadia die een horizontaal en een verticaal aspect hebben.
De drie verticale stadia: Satanas Infernalis, Satan of De Duivel (arcana 13) en Baphomet. Men kan ze als verschillende octaven van dezelfde archetypische impuls zien.
De drie horizontale stadia in Paroketh waar het hier om gaat: de Paden 26 (arcana 13), 24 (arcana 15, de Dood) en 25 (arcana 14, Matiging of Kunst)

Er kan niet genoeg op gedrukt worden hoe noodzakelijk het is dit zogenaamde negatieve aspect in het Werk te incorporeren. Dat dit ook vandaag in het westen nog steeds zo moeilijk ligt is te wijten aan het christelijke wereldbeeld dat een verziekte versie van de dualiteit poneert. De kabbala ontkent de dualiteit niet maar ziet ze als de dynamiek op de Boom onder Kether. Op één been valt weinig dynamiek te ontwikkelen. Wie enigszins vertrouwd is met Tibetaanse iconografie zal zich allicht enkele van de zogenaamde "wrathful deities" voor de geest kunnen halen. Mahakala (the Great Black One) bijvoorbeeld wordt vaak afgebeeld drinkend uit een mensenschedel, heeft een halsnoer van afgehakte hoofden etc. en hij en zijn "collega's" werden door de eerste westerlingen die ermee geconfronteerd gezien als de aberaties van een gedegenereerde cultuur. De "peaceful deities" vielen meer in de smaak en konden zelfs als pittoreske wandversieringen de salon in. Nu is het zo dat elke "peaceful" een "wrathful" als tegenhanger of liever als keerzijde van zijn medaille heeft. Dat is typisch voor de veel coherentere versie van het Mahayana-boeddhisme vergeleken met die van het christendom. De Tempeliers, die de cultus van Baphomet uit het Midden-Oosten meebrachten kwamen onderandere ook hierom aan hun vroegtijdige einde als orde. De magiërs, alchemisten, heksen, joodse kabbalisten en aanverwante hadden het ook niet onder de markt, gebrandmerkt als ze werden door een wereldbeeld dat officieel zwoer bij één kant van de medaille en in naam daarvan de andere wellustig kon botvieren in inquisities, heksenprocessen en andere misdadige onzin.

Je zou de Schaduw ook andere namen kunnen geven, bijvoorbeeld Angst voor Energie,d.w.z. onze eigen onbewuste angst voor onze eigen energie. Ook Angst voor Lotsbestemming, de eigen angst voor de eigen bestemming die uiteindelijk vrijheid is, en ook, en hier ligt het kalf gebonden, verantwoordelijkheid ! Je zou het zo kunnen stellen dat we een drievoudige weerstand hebben tegenover ons eigen doel en potentieel. Deze weerstand is de Schaduw.

Onze persoonlijkheden komen vaak neer op een lauw soort van compromis met onze tekortkomingen. Dit wordt bereikt en in stand gehouden met het doel nooit deze tekortkomingen te onderzoeken of echt te aanvaarden, laat staan ze te transformeren.
Het is belangrijk en zinvol dat we halfweg de Paden 26 en 24 gedwongen worden terug te keren. Aanvankelijk kan de Zonnesfeer niet hierlangs benaderd worden. We worden geconfronteerd met de onbevredigende oplossingen die de geest onophoudelijk aandraagt. Dit is de impuls van de Schaduw in het ego die als een parasitaire vloek op de levenskracht rust. We moeten wijken om dit te overdenken want per slot van rekening staat het ons vrij voor deze tussenoplossingen te opteren, dit is een mogelijke (tijdelijke) keuze.
Je wordt als het ware gedwongen je eigen psychische en lichamelijke investeringen in Stasis en Regressie (ik kom hier later op terug) te overdenken en je kansen en enthousiasme voor het verderzetten van je ontwikkeling in te schatten. Je moet jezelf hier afvragen of je werkelijk bereid bent de Schaduw in Baphomet te transformeren en zo te integreren door ALLE feiten aangaande je totaliteit onder ogen te zien.
In Stasis (de val van het 26ste Pad) zien we een soort kosmische luiheid of genoeglijkheid; het visioen van de Gouden Eeuw is hier typisch. In Regressie (de val van het 24ste Pad) zien we iets als super-onverantwoordelijkeid als resultaat van immens verdriet, de smart van de onverwerkte ervaringen waarop het moeilijk degelijk bouwen is en die je uiteindelijk terugsleurt in het niets. Misschien zie je hier in dat je nooit van huis bent weggegaan, nooit volwassen (verantwoordelijk) bent geworden zodat je in feite steeds klaar staat om terug te vallen in het vormloze, onafgetekende, zodoende de verantwoordelijkheid der individuatie ontlopend en weer verzinkend in de oerbaarmoeder. Nodeloos te zeggen dat de misvattingen op beide Paden en de daarmee gepaard gaande levenshoudingen en keuzes soms slechts fracties verwijderd zijn van wél vruchtbare psychische inhouden en de daaruit voortvloeiende verwerkelijkingen op elk vlak.
In Progressie (het 25ste Pad) kan het totaal aan negativiteit die in 26 en 24 gedeeltelijk geconfronteerd werd tot transformatie komen. Hier zitten we op het grotere Pad van de Pijl, centraal op de Boom. Men staart in de spiegel van het eigen opgespaarde verdriet. Anderzijds ligt hier de mogelijkheid het anima/animus krachtveld te doordringen en het is dit dat de Sluier openscheurt voor de 'psychische hermafrodiet'. Arcana 6, de Geliefden, hoewel ze niet aan dit Pad is toegewezen, heeft zeker betrekking op dit gebeuren en studie ervan zal hier een steun betekenen. Al de opgestapelde energie van de kabbalist, al wat aantrekt en afstoot op zijn/haar weg naar het Zelf in Tiphareth moet hier over een smalle psychische brug, daarom wordt Paroketh ook de Lower Abyss genoemd, met referentie naar de (Great Outer) Abyss die, hoger op de Boom, Briah van Atziluth scheidt.
In heel deze worsteling, dit gevecht en snakken naar transformatie mag men niet uit het oog verliezen dat de Schaduw een energetisch gebeuren of fenomeen is en dat hij als dusdanig volkomen transformeerbaar is. Energie is uiteindelijk neutraal in essentie. Het komt er op aan de wilde hondenmeute van onze projecties, fantasmen en gedachtenvormen tot de orde te roepen. Ook wij zullen, wanneer aangekomen bij onze ware energie in het Zelf, noch positief noch negatief zijn, maar neutraal !

Laat ons op dit punt gekomen de drie Paden doorheen de Sluier even van dichterbij bekijken en trachten in te schatten wat de inhoud van de Schaduw op elk van hen is.

Het 26ste Pad
Hod-Tiphareth
Hod: deze sefira wordt Glorie genoemd en valt onder Mercurius. Het is de voet van de Pilaar van Gestrengheid. De godsnaam is Elohim Tzabaoth, de kleur oranje, het nummer 8.
Tiphareth: Schoonheid of Harmonie, geregeerd door de Zon en het centrum van de Boom en daarmee van de persoonlijkheid. De godsnaam is Yahveh Eloha v'Daath, de kleur goud en het nummer 6.
Het gevaar hier is Stasis, immobilisme. Alles moet maar bij het oude blijven. De zieke in de gezelligheid van zijn kwaal, 'dit hier kennen we tenminste', verdoofd in een bedrieglijke veiligheid of zekerheid en het gevoel dat alle verandering ten kwade is of kan zijn. De persoon is niet in staat het huidige niveau te overstijgen en als er al pogingen daartoe ondernomen worden zijn ze halfslachtig, het lijkt wel of falen vooraf wordt ingecalculeerd. Dit is de vaste greep van de Schaduw. Als de aspirant(e) tijdelijk in staat is de nadelige concepten die hem/haar hier gevangen houden even af te gooien ziet hij/zij in dat de overtuigingen die hier gehuldigd worden indruisen tegen elke levenswet. Biologisch gezien zijn al onze organen systemen voor transformatie en bijgevolg geldt dit ook voor onze geest. Een orgaan in stasis stopt zijn vitale functie en de klinische diagnose luidt "ziek". Hetzelfde geldt dus voor de geest; stopt de stroming dan doen zich onevenwichten en psychosomatische klachten voor. Dit kan de gehele persoonlijkheid ontwrichten.
In Stasis wordt het standbeeld voor het ding zelf gezien. Het is duidelijk dat het overwinnen van deze Schaduw-formatie een belangwekkende quantumsprong in de geest van de aspirant vereist. Het is de klassieke paradox: de geest bracht je hier en verwarde zichzelf totaal in dit syndroom en moet zich nu zelf weer losmaken van iets dat thans in feite deel van hemzelf uitmaakt. Ga er maar aanstaan, het is alsof je moet trachten jezelf op te tillen bij je eigen schoenveters, maar ... hier is dit mogelijk ! Meer nog, op elk van de 3 Paden doorheen de Sluier van Paroketh moet dit gedaan worden.

Het 24ste Pad
Netzach-Tiphareth
Netzach: deze sefira heet Overwinning en valt onder Venus. Aan de voet van de Pilaar van de Genade. Godsnaam Yahveh Tzabaoth, de kleur is helgroen en het nummer zeven.
Op dit Pad moet men afrekenen met de doodswens (thanatos) en allerlei vormen van regressie rond het archetype van de Duistere Moeder. Vormen van psychich en lichamelijk vluchten zoals tabak, alcohol en andere drugs, moederbinding in al zijn negatieve vormen enz. Infantiele reactiepatronen en de daarmee gepaard gaande onmogelijkheid de werkelijkheid onder ogen te zien of te willen zien, onwil de dingen te zien zoals ze zijn of dat zelfs maar te proberen (wat altijd pijnlijk is aanvankelijk) en als gevolg van dit alles het verlangen om op te geven, te vergeten en het daarmee dan weer gepaard gaande verdriet omdat op het diepste vlak toch beseft wordt dat men zijn mogelijkheden geen recht doet. Escapisme in optimistische of pessimistische fantasmagorieën waar heelder werelden van zaligheid en vervulling of wanhoop en uitzichtloosheid mentaal worden uitgebouwd en voor langere of kortere tijd daadwerkelijk worden gekoesterd. Dit kan zeer ver gaan. Natuurlijk is het zo dat iedereen in mindere of meerdere mate een fantasmatische onderbouw voor de 'realiteit' heeft maar het punt hier is dat men zich op de Paden begeeft in een poging dit syndroom te overstijgen. Op dit Pad kan men ook terugvallen in een nagenoeg vormloze fantasiewereld van ongedifferentieerde aard die soms zelfs de indruk kan wekken dat je reeds doorheen de Sluier bent en de éénheid van Al wat Is ervaart. De trukkendoos van het angstige ego is inderdaad schier onuitputtelijk, en het laatst beschrevene kan een soort heilzame werking hebben omdat er een fantasmatische voorafspiegeling van het Zelf-niveau in zit. Op dit Pad loert het monster en het gevaar van, het verlangen naar en de angst voor het verzwolgen worden, opgeslokt. Men moet hier het verschil trachten te begrijpen tussen ware en valse overgave, tussen waar vertrouwen en eeuwige achterdocht.

Het 25ste Pad
Yesod-Tiphareth
Yesod: deze sefira heet Grondslag en valt onder de Maan. Is de tweede trede op het grote Pad van de Pijl (Malkuth-Yesod-Tiphareth-Kether), de centrale zuil. De sefiroth hier zijn optimaal gezien centra van dynamisch evenwicht. Godsnaam Shaddai El Chai. De kleur is paars en het nummer negen.
Hier fungeert de weerstand van de Schaduw als een Bewaker van het Pad. Hij verspert je de weg en is een synthese van de andere twee Schaduwmanifestaties in Paroketh. Dit is nog een reden om Paroketh de 'minor Abyss' of kleine Afgrond te noemen. Hier start het Tipharetisch werk van synthese op basis van de analyse in Yetzirah pas echt. Men wordt nu meer dan ooit onderworpen aan de aanval van de persoonlijke angsten en tekortkomingen. Wie hier weigert in te zien dat alle frictie met de buitenwereld een spiegel is voor het eigen innerlijke onevenwicht zal niet in staat blijken de weegschaal van het bewustzijn definitief te doen doorslaan van Yesod naar Tiphareth met alles wat dat inhoudt. Nochtans zal dit hem/haar niet beletten bij tijden de zaligheid en de schoonheid van Tiphareth te beleven. Keer op keer echter wordt men dan teruggedrongen na kortere of langere tijd. Dit is geen straf voor "zonden" hoewel velen er begrijpelijkerwijs zo zullen over denken. Het is gewoon gerechtigheid en het is goed hier een gedachte te wijden aan de Geburatische ondertoon in de Schaduw-wachters van Paroketh. Het zien van de frictie buiten als spiegelbeeld van een innerlijk onevenwicht en de haast onontkoombare conclusie dat men van nu af alle elementen en gebeurtenissen als lessen of leraars zou moeten zien ligt zeer dicht in de buurt van de Eed van de Magus en het gevaar voor paranoia en begoocheling die daarmee gepaard kunnen gaan.
Hier ook wordt men gedwongen het zonderlinge mechanisme van het oordelen dat we allen ontwikkeld hebben nader te bekijken. Hoe neurotisch onze eigen situatie ook is, toch houden we steeds een systeem in stand waarbij we alle anderen en hun veronderstelde verdiensten en gebreken blijven situeren op een waardenschaal waar wijzelf uiteindelijk de enige norm zijn. Dit is uiteraard een totale begoocheling maar dit "complex" is zeer moeilijk te ontmantelen zelfs wanneer de werking en de idiotie ervan alsook zijn contra-productiviteit duidelijk worden onderkend.
Het eerder vernoemde terugvallen uit Tiphareth kan op verschillende wijzen geïnterpreteerd worden. Op zijn minst heeft men iets van de schoonheid en harmonie van het Zelf gezien en gevoeld. Men kan er nu niet meer aan twijfelen dat het Grote Werk op zijn zachtst gezegd zinvol is en daarom groeit een steeds grotere bereidheid om zelfs op de tast een weg te zoeken doorheen het woud van de eigen verwarde en verwarrende gevoelens en innerlijke tegenstellingen. Ondanks al de zonet aangehaalde bereidheid kunnen zich intense depressies voordoen die het Werk herhaaldelijk doen stilvallen. Onze capaciteit tot zelfdestructie is soms ontzagwekkend maar aan ZELF-destructie komt men niet toe, zelfs niet door zelfmoord. Deze verschijnselen van terugval en ontmoediging verdwijnen enkel naargelang men vooruitgang boekt in de pogingen een vorm van communicatie tot stand te brengen met een zo zuiver mogelijke vorm van de Heilige Engelbewaarder als voor het bewustzijn op dit ogenblik haalbaar is. Het Pad wordt vrijgemaakt door de genade van de Engel. Let op de Chesedische genade in contrast met de Geburatische toon van de Schaduw en tracht meteen ook de voor de kabbalist absolute noodzakelijkheid van het samenspel van die twee te begrijpen. Hoe duidelijker de conceptualizering omtrent de Engel hier is des te beter zal men de brug over raken en de innerlijke storm doorstaan. Op basis van het aanvoelen van Zijn realiteit en de graad van "initiatie" tijdens eerdere ervaringen in Tiphareth zal de Engel hier een minder of meer voldragen concept of paradoxale werkelijkheid zijn of worden. Een goede werkhypothese hier is de Engel te beschouwen als de som van uw meest positieve en harmonische impulsen.
Het zal onderhand duidelijk zijn dat de 'magiër' hier zijn belangrijkste test op het Lager Aanschijn ondergaat. Velen zullen dit ervaren als een hoger octaaf van de wurggreep van het verleden waarmee we ook op het 32ste Pad geconfronteerd werden (Malkuth-Yesod). Dit is niet verwonderlijk gezien de volgorde van de Paden op het algemene, centrale, Pad van de Pijl. Hier ook krijgen we te maken met de moeilijkste hindernissen maar vinden we tevens de meeste bijstand. De Kleine en de Grote Afgrond (Abyss), de Wachters maar ook de Engel, de Schoonheid van de centrale sefira Tiphareth en uiteindelijk de Kroon, Kether. En laten we vooral de optimalizering van kennis en ervaring in Daath niet vergeten: hier, op het Pad van de Pijl, gaat de vooruitgang in rechte lijn, elders is hij lateraal.
Het is nu de hoogste tijd om erop te wijzen dat kabbalistisch padwerk niet louter kommer en kwel is. Wie de volledige teksten leest (hiervoor verwijs ik in de eerste plaats naar het boek Magical States of Consciousness van Melita Denning en Osborne Phillips, Llewellyn's High Magick Series) zal zien dat de hier behandelde Paden tal van andere aspecten vertonen maar zoals mijn titel aangeeft wenste ik mij in dit geval bezig te houden met de Schaduw op de Paden van Yetzirah naar Briah.

De Schaduw-wachters in Paroketh weerspiegelen het bezinksel van voorbije levenshoudingen en gedachtenvormen welke ons nog vaak bewust of onbewust blijven beheersen wat aanleiding geeft tot verdriet en intense smart en frustratie. Men kan hier op een punt komen waar het lijkt dat men meer op zich genomen heeft dan draaglijk is. Meditatie i.v.m. de Engel zal hier de voornaamste steun betekenen. Best is nu een totaalstrategie te plannen om met de 'tegenstander' in het reine te komen. In Assiah zou dit betekenen dat men een rituele situatie schept om de bewuste tekortkomingen te concretizeren en te overstijgen. In Yetzirah maakt men nogmaals een diepgaande analyse van de innerlijke contradicties die tot dit normale en noodzakelijk onvermijdelijke imbroglio geleid hebben. Men moet zich realiseren dat heel deze situatie het eigen werk is en als dusdanig is ze exact wat men nodig heeft, het is in deze zaken onmogelijk zich in een situatie te bevinden die niet strict noodzakelijk is voor de verdere ontwikkeling. Maar in feite is dit inzicht reeds deel van het Briatische element van het hele gebeuren wanneer men een optimale synthese ontwikkelt.
De Atzilutische component van deze drie operaties is de intuïtie die je uiteindelijk doet winnen of verliezen, afhankelijk van je mogelijkheden, ijver en doorzettingsvermogen. De Heilige Engelbewaarder is de Atzilutische impuls uit het transpersoonlijke en dit verklaart zijn diffuse aard op dit ogenblik.

De overgang van ego naar Zelf doorheen Paroketh is geen enkelvoudig of zelfs drievoudig gegeven in eenmaligheid. Het is een symbolische voorstelling van een proces dat keer op keer plaatsgrijpt op verlerlei gebieden en niveau's waarbij het ook zo is dat de ene 'overgang' op de andere afstraalt en omgekeerd. Alle overgangen of transformaties hebben in se betrekking op elkaar en werpen licht op elkaars essentie in de psyche. Men zou een spiraal in opgaande of diepergaande zin kunnen zien waarbij men op de ene
omwenteling een aantal van de 'vorige' en 'volgende' transformaties ziet en in staat is in meerdere of mindere mate de relevante inhouden van de onderscheidene omwentelingen op elkaar te betrekken en met elkaar te verbinden.

ANGST

Deze titel is de letterlijke vertaling van het Hebreeuwse woord pachad, één van de namen van Geburah. Je zou er iets van de 'vreze gods' in kunnen zien en dit kan soms een vreemde vorm aannemen. Velen hanteren concepten van 'de andere wereld', 'de engelen', ze bekijken mandala's, visualiseren godheden en lezen over allerlei visioenen. Dit alles oefent een grote aantrekkingskracht uit. Ze visualiseren al deze vormen en voelen zich daar goed bij, sommigen zouden misschien de confrontatie ermee onder invloed van psychotrope stoffen aankunnen, alhoewel de meesten hier toch afhaken. Houd nu de mogelijkheid voor ogen dat de mandala, de engel, de demon, U levensecht voor de geest komt te staan, om nog niet te spreken van de mogelijkheid dat ze daadwerkelijk in uw tempel zouden verschijnen. Dat zou voor de meesten het moment van de Angst zijn. Alles waarmee je gespeeld had of over gefantaseerd zou wel eens waar kunnen zijn en ik denk dat weinigen tot die confrontatie bereid zijn. Het is goed hierover na te denken bij de onderscheidene praktijken die men toepast.

Subjectieve en objectieve magie

Het debat over de subjectieve of objectieve aard van magische en psychologische fenomenen duurt voort en dit is niet verwonderlijk. Beide standpunten zijn waardevol en sluiten elkaar zelfs niet uit. De Engel en de Schaduw, de Geesten, Demonen, Aartsengelen e.d. zijn entiteiten in de psyche, sommige zijn archetypische krachten, andere niet, voor sommige valt zelfs een cellulaire basis te hypothetiseren. Dit is een goed uitgansgpunt maar terzelfdertijd heb ik er geen moeite mee daarbij ook een soort onafhankelijk bestaan voor deze entiteiten in overweging te nemen hoewel ik dit beschrijven noch definiëren kan. Dit noterend komt de gedachte bij me op dat wat zich als objectief bestaan aandient zich misschien in zulke diepe laag van de psyche afspeelt dat ze inderdaad als niet-subjectief kan overkomen, per slot van rekening is er een punt waar de psyche het universum wordt.
Toch kan men de indruk krijgen dat men na het formuleren van en intens werken met het concept van de Engel soms wordt bijgestaan door een ontastbaar 'iets'. Ik besef dat ik hier mijn nek uitsteek want onmiddellijk zal er iemand met de vraag komen hoe het dan zit met 'demonen' en 'geesten' en dan staat meteen de deur wijdopen voor de bovennatuurlijke paranoia en het occulte bijgeloof die vandaag de dag weer erg populair zijn, spijtig genoeg.
Ik denk dat je 'roept' en 'aanroept' diep in jezelf, en iets antwoordt van binnen en, misschien, van buiten. Wees dus omzichtig bij het 'roepen'. Indien je op rituele wijze één van de Goëtische demonen oproept bestaat de kans dat je één van je eigen archetypische krachten loskoppelt die daarop nog versterkt zou kunnen worden door een mogelijk objectief equivalent. Hoogstwaarschijnlijk zal deze combinatie te sterk zijn voor je magische cirkel en kan bezetenheid het gevolg zijn. Een cirkel, amulet, talisman, bezwering zullen misschien niet volstaan om het hoofd te bieden aan een losgebroken archetypische inhoud. Dit gevaar is onbestaand bij de goedwillige entiteiten en ik raad u aan hen vrijelijk en intens te 'aanroepen', de kans is groot dat je dat sowieso te weinig doet. Roep diep in jezelf, hiervoor is geen bepaalde techniek vereist, dus zal je letterlijk op je geloof moeten afgaan maar wel vanuit het hart. Veel geluk !

Besluit

Paroketh-werk is de grote uitdaging voor hen die Abrah-Melin pratikeren in afzondering of in een meer werelds bestaan. Eén manier van zien bestaat erin de confrontatie met de Schaduw te beschouwen als het eindstadium van Abrah-Melin waar al de 'geesten' onderworpen moeten worden. Er wordt ons gevraagd in het reine te komen met zoveel van onze psychische inhouden als we aankunnen. Je kan de Engel, jouw Engel, in dromen vragen om zijn Naam of Woorden i.v.m. zijn invocatie. Op een dag, of liever een nacht, zul je tussen de talloze beelden, geluiden en taferelen van je droomleven het Woord of de Woorden, één na één, zien of horen komen, makkelijk te herkennen omdat ze niet tot één van de ons bekende talen lijken te behoren (hoewel sommigen hier naar het Enochiaans verwijzen). Deze enkele woorden, deze formule, voor jou alleen, betekenen een baken in het transformatieproces dat uiteraard soms beangstigend kan zijn, maar denk aan wat Jung, en na hem andere psychologen gezegd hebben. Naar hun gevoel is er in de kern van de psyche een éénmakend principe en ik raad u aan hierop door te denken en te vertrouwen voor de grote reis naar het Zelf. (Wat ik zei over de Engel in de droom is uiteraard niet voor iedereen weggelegd maar het KAN)
 Wij mannen en vrouwen zijn zeker niet de machtigste wezens in dit grandioze universum maar we zijn potentieel wel de meest flexibelen en als dusdanig in staat tot eindeloze transformatie en groei te komen. De vrede zij met U !

november 1989 - februari 1990



Naschrift 2011

Ik wens er de nadruk op te leggen dat dit geschrift meer dan 20 jaar oud is en totaal geen weerspiegling van mijn huidig denken en voelen. Ik heb zelfs lang getwijfeld het, samen met All Saints' Day Revisited, te publiceren maar enkelen waren zo gecharmeerd van Transacties in de Duisternis dat mij gevraagd werd of er nog meer werk was in die trant, vandaar dus. Dat houdt tevens in dat ik weinig geneigd ben over de inhoud en het gedachtengoed in discussie te treden. Er staat wat er staat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten